• 2 el olie
• 4 uien, in dunne ringen
• 8 heel grote portobello’s (ongeveer 500 g), in stukken van niet breder dan 1 cm
• 2 cm gemberwortel, geschild, in dunne reepjes
• 100 ml zoete sojasaus
• 100 ml dashi, liefst paddenstoelendashi
• 4 grote porties gekookte rijst (350-400 g ongekookt gewicht)
• 2 lente-uitjes, in dunne ringetjes
• 40-50 g rode ingemaakte gember
• geroosterd sesamzaad, ter garnering
Dit recept is een soort combinatie van twee prachtige Japanse rundvleesgerechten: sukiyaki (rundvleesstoofpotje) en gyūdon (komgerecht met rundvlees). Bij beide wordt een saus op basis van sojasaus gebruikt en ik vind vooral gyūdon erg lekker omdat er veel halfgekaramelliseerde uien in worden gebruikt, zoals je die ook bij hotdogs krijgt. De saus en uien geven hier zo veel smaak aan dat je nauwelijks vlees nodig hebt maar een kom uiensaus met rijst eten klinkt een beetje raar, dus ik heb het vlees vervangen door portobello’s.
Verhit de olie in een grote koekenpan op matig vuur en bak de uien tot ze zacht en bruin zijn. Voeg de portobello’s en gember toe. Laat de paddenstoelen wat kleur krijgen en schenk dan de zoete sojasaus en dashi erbij. Breng aan de kook en laat de saus iets inkoken, tot de consistentie van een dunne siroop. Schep de paddenstoelen en uien met de saus over gekookte rijst in diepe kommen en garneer met de lente-ui, ingemaakte gember en het sesamzaad.